Header image

Inwoners Doetinchem tellen echt mee

DOETINCHEM - 81 Procent van de inwoners van Doetinchem heeft het gevoel ‘volledig’ of ‘grotendeels’ mee te tellen in de samenleving. Dit is een van de uitkomsten van het Participatieonderzoek dat de gemeente Doetinchem dit voorjaar heeft uitgezet onder haar inwoners. Samen met de Benchmark Wmo 2013 laat het Participatieonderzoek zien hoe Doetinchem het er op sociaal gebied van af brengt.

Gemeenten moeten ieder jaar verantwoording afleggen over het beleid en de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Omdat het college dit keer wilde weten wat het resultaat is van het totale Wmo-beleid, werd dit jaar gekozen voor een ‘Participatieonderzoek’. “Participatie is het kernbegrip in de Wmo. We richten ons steeds meer op het behoud van zelfstandigheid en het vermogen om maatschappelijk te participeren. Om meer zicht te krijgen op het participatiegedrag van inwoners van Doetinchem, de belemmeringen die zij ervaren om mee te kunnen doen en het effect van participatie op individueel welzijn, is dit onderzoek uitgevoerd”, schetst het college bij het bekend worden van de onderzoeksresultaten.

Voor het Participatieonderzoek werden 6.540 schriftelijke vragenlijsten steekproefsgewijs verspreid. De respons kwam uit op 36 procent. De uitkomsten blijken een bevestiging van het lopende beleid. “Als gemeente doen wij steeds meer een beroep op de eigen kracht van inwoners. Ik ben blij om te zien dat dit stokje wordt opgepakt”, aldus wethouder Jan Bart Wilschut. Het onderzoek geeft verder aan dat wijkgericht werken – zoals Doetinchem al jaren doet – zinvol is. Wijken en dorpen blijken van elkaar te verschillen als het gaat om participatiekenmerken. Dit betekent dat elke wijk een eigen aanpak nodig heeft, met ook eigen aandachtspunten. Het wijkgericht werken speelt daarop in.

Daarnaast leverde het onderzoek resultaten op over vrijwilligerswerk en bijvoorbeeld mantelzorg. Enkele opvallende uitkomsten: - 23 procent van de inwoners doet elke week vrijwilligerswerk. - 21 procent van de inwoners is mantelzorger; 11 procent zorgt meer dan 25 uur per week voor een ander. - 61 procent van de inwoners geeft aan dat er voldoende plaatsen in de buurt zijn om andere buurtbewoners te ontmoeten. - 69 procent van de inwoners helpt hun buren wel eens en nog eens 29 procent zou dat doen als het hen gevraagd werd. - De participatiescore neemt in Doetinchem sterk af bij mensen boven de 65 jaar. - Mensen die minder of niet participeren, ervaren financiële en psychische belemmeringen. Zij voelen zich niet welkom of hebben taalproblemen. - Vooral in Wehl wordt op de punten buurtparticipatie, sociale samenhang, intensieve burenhulp en verenigingsleven hoog gescoord. In de wijk Overstegen liggen de scores het laagst.

Naast het Participatieonderzoek heeft de gemeente dit jaar ook de Basisbenchmark Wmo uitgevoerd. Dit onderzoek richtte zich vooral op (de totstandkoming van) het beleid, (instrumenten voor) de uitvoering en op monitoring van de uitvoering. Bij beide onderzoeken werd tevens een vergelijking gemaakt tussen Doetinchem en andere gemeenten.

De benchmark Wmo laat zien dat Doetinchem op het gebied van uitvoering van het totale Wmo-beleid hoger scoort dan de andere gemeenten. Vooral op het gebied van het betrekken van alle doelgroepen (zoals inwoners) bij het maken van beleid scoort Doetinchem beter dan andere gemeenten. Niet alleen houdt Doetinchem regelmatig themabijeenkomsten en zijn er veel contacten met betrokkenen via de buurtbeheerders, óók is het overleg met de raden en platforms op de deelterreinen van de Wmo goed. Doetinchem betrekt de samenleving in meerdere fases van het Wmo-beleid en communiceert hier ook vaak over. Overigens is de score op ‘communicatie’ dit jaar beter dan vorig jaar.

De uitkomsten van het Participatieonderzoek en de Benchmark Wmo gebruikt de gemeente Doetinchem om het eigen beleid verder aan te scherpen en te verbeteren. Daarnaast wordt de input gebruikt voor de Wijkprofielen en bij de uitwerking van De Doetinchemse Keuze. Dit is de aanpak van de veranderingen waarmee gemeenten en inwoners de komende jaren te maken gaan krijgen (decentralisaties van de AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet). Wethouder Wilschut: “De uitkomsten van de verschillende onderzoeken geven ons absoluut goede hoop voor de toekomst. Dat is belangrijk, want met de decentralisaties komt veel op ons en vooral op onze inwoners af. Ik ben blij om te zien dat veel inwoners al vrijwilligerswerk of mantelzorg doen. Hun inzet wordt de komende jaren alleen maar meer gewaardeerd.”

De uitkomsten van het Participatieonderzoek en de basisbenchmark zijn ook te vinden op www.doetinchem.nl.



Ander nieuws